Over ‘De vergelding’ van Jan Brokken.
De Volkskrant besteedde gisteren maar liefst twee volle pagina’s aan het nieuwe boek van Jan Brokken en vooral aan de reacties die zijn boek opriepen in het dorp waar De vergelding zich afspeelt; Rhoon, onder de rook van Rotterdam. Ik denk dat dat niet ten onrechte is, want zijn boek, met als ondertitel ‘een dorp in tijden van oorlog‘, is een buitengewoon fascinerend verhaal over ‘die rotoorlog’.
Toen Brokken over zijn geboorteplaats Rhoon de autobiografie Mijn kleine waanzin schreef, was hij ervan overtuigd dat er in dit dorp tijdens de oorlog weinig belangrijks was voorgevallen. Dat nu was ver bezijden de waarheid. Er waren tijdens de oorlogsjaren niet alleen veel actieve verzetsmensen, meer dan 170 onderduikers en dertig ‘Moffenhoeren’ in Rhoon aanwezig, maar ook zeven doden te betreuren. In oktober 1944 was een Duitse soldaat omgekomen door ’s avonds tegen een losse elektriciteitsdraad aan te lopen; ‘sabotage’ was de Duitse reactie en zeven inwoners werden standrechtelijk geëxecuteerd.
Brokken probeert niet alleen de gang van zaken te reconstrueren, maar geeft een kijkje in de microkosmos van Rhoon, waar Rooms-Katholieken, Protestanten, Gereformeerden en niet-gelovigen samenleven. De oorlog heeft voor allen andere gevolgen, maar er is één rode draad; na de oorlog zwijgt men over de vuile kanten, tegenover elkaar en zeker tegenover buitenstaanders. Het is Brokken gelukt ‘de kleine oorlog’ een gezicht te geven.
Eind 2011 jaar zorgde De afrekening: ontmaskering van het gewapend verzet, een vergelijkbare studie (platteland, oorlog, verzet & collaboratie), voor veel opwinding in het Westland, maar daar kende de auteur de uitslag al en werkte er naar toe. Het lezen van De vergelding is daarmee vergeleken een aangename verademing.